De zestienjarige Dieu-est-bon staat naast zijn moeder voor hun huis. Zijn moeder heeft een grote lach op haar gezicht.
Dieu-est-bon (16) met zijn moeder na zijn herstel van cholera.

Dieu-est-bon: ‘Ik was te zwak om te bewegen.’

De zestienjarige Dieu-est-bon bracht een cholerapatiënt op zijn fiets naar ons behandelcentrum in Kiseguru. Twee dagen later voelde hij zich ineens moe.

‘Ik dacht dat het malaria was, dus ik maakte me geen zorgen. Toen kreeg ik ernstige diarree, waardoor ik me realiseerde dat ik misschien hetzelfde had als de patiënt die ik had vergezeld. Tegen die tijd was ik te zwak om me nog te bewegen.’

Dieu-est-bon werd vier uur lang gedragen naar ons behandelcentrum. Na twee dagen in behandeling te zijn geweest voelde hij zich beter en keerde hij terug naar huis.

Moeder Tushime van vijfentwintig draagt haar zoontje Djafette van twee en en half in een kleurrijke draagzak op haar rug.
Tushime (25) en Djafette (2,5) na hun herstel van cholera.

Tushime en Djafette : ‘Ik heb hem nog nooit zo ziek gezien.’

De kleine Djafette (2,5) werd door zijn moeder Tushime (25) naar ons behandelcentrum in Rutshuru gebracht. Ze vreesde voor zijn leven.

‘Hij had ernstige diarree en viel flauw. Daarom ben ik snel op de motor gesprongen. De hele weg hier naartoe was ik heel bezorgd en bang omdat hij niet meer bewoog. Ik heb hem nog nooit zo ziek gezien,’ vertelt Tushime emotioneel.

Tushime werd net als haar zoon ook ziek en is samen met hem behandeld. Na zes dagen konden ze gezond naar huis.

‘Niet iedereen heeft deze mogelijkheid: onderweg hier naartoe heb ik mensen gezien die doodgingen.’

De eenendertigjarige Jean staat met een grote lach op zijn gezicht voor het cholerabehandelcentrum van Artsen zonder Grenzen in Rutshuru.
Jean (31) na zijn herstel van cholera in ons cholerabehandelcentrum in Rutshuru.

Jean: ‘Ik was erg bang. Ik ben bijna doodgegaan.’

Jean (31) werd door een onbekende op een motor naar ons behandelcentrum gebracht. Hij was tijdens zijn werk flauwgevallen nadat hij besmet was geraakt met cholera.

‘Toen ik wakker werd in het behandelcentrum, wist ik niet waar ik was of wat er met me was gebeurd. Ik herinner me dat ik buikpijn en diarree had en dat ik moest overgeven. Toen ben ik flauwgevallen.”

Jean werd vijf dagen behandeld in ons behandelcentrum in Rutshuru.

‘Ik was erg bang. Ik ben bijna doodgegaan. Gelukkig ben ik hersteld en kan ik mijn vrouw en twee kinderen weer zien.’

De eenendertigjarige Jimmy zit op een bed in het cholerabehandelcentrum van Artsen zonder Grenzen. Arts Laurent staat naast hem.
Jimmy (31) met arts Laurent die deel was van het medisch team dat Jimmy zijn leven redde.

Jimmy: ‘Ik wil terug naar mijn familie.’

Jimmy (31) kwam in shock aan bij het behandelcentrum.

’Mijn broer vertelde me dat ik op de grond was gevallen en dat de buren mij hier heen hebben gebracht. Ik herinner me niks behalve dat ik erg ziek was en diarree had en moest overgeven.’

Jimmy werkt als boer in de buurt maar komt uit Mweso. Zijn vrouw en kinderen weten niet dat hij ernstig ziek is geweest.

‘Het maakt niet uit hoelang het duurt, ik wil terug naar mijn familie en uitrusten,’ vertelt hij vastberaden.

Na zelf ziek te zijn geweest wil Jimmy dat anderen zich ook bewust zijn van de gevaren van cholera.

‘Deze ziekte is zo ernstig. Mensen moeten weten dat ze zich naar het ziekenhuis moeten haasten,’ legt hij uit.

Cholera-uitbraak in Libanon

Steun mensen in nood wereldwijd

Dankzij mensen zoals jij kunnen wij direct in actie komen bij cholera-uitbraken, maar ook na natuurrampen en tijdens conflicten. Help jij onze artsen levens te redden?

Doneer nu
Verpleegkundigbegeleider Denis Mudake staat in een wit Artsen zonder Grenzen jasje voor een gebouw van het Kiseguru gezondheidscentrum
Verpleegkundigbegeleider Denis Mudake voor ons Kiseguru gezondheidscentrum.

Denis Mudake: ‘Patiënten moesten met drie of vier anderen het bed delen.’

Denis Mudake is verpleegkundig begeleider voor Artsen zonder Grenzen in het Kiseguru gezondheidscentrum in de Binza gezondheidszone in Rutshuru. Hij behandelde hier in juni de eerste mensen met cholera.

‘De eerste paar dagen waren niet makkelijk. Er was een tekort aan ruimte en bedden om het toenemende aantal patiënten op te nemen. We waren overweldigd en patiënten moesten met drie of vier anderen het bed delen,’ vertelt hij over de situatie.

Medische zorg dichter bij patiënten

Omdat cholera ernstige diarree veroorzaakt en schoon water niet altijd beschikbaar is, is het grootste risico voor mensen die besmet raken dat zij uitdrogen. Met de juiste medische behandeling herstellen patiënten vaak volledig. Het is dus van groot belang dat deze zorg toegankelijk is voor mensen in gebieden waar cholera heerst. Helaas is dat vaak niet het geval.

Veel patiënten met ziekteverschijnselen moeten van ver komen. Om hen te voorzien van schoon water zijn door onze teams op verschillende routes waterdesinfectiepunten gerealiseerd. Ook zijn er meerdere rehydratiepunten beschikbaar gemaakt voor ernstig zieke patiënten. Op deze manier brengen we de zorg dichter bij de patiënten.