Tsjaad: hulp aan mensen op de vlucht in gevaar

Sinds het uitbreken van het conflict in Soedan hebben duizenden mensen een veilige plek gezocht in buurland Tsjaad. Veel van hen zijn gestrand in het oosten van het land, in de grensregio Sila. De leefomstandigheden zijn belabberd: er is een groot tekort aan onderdak, schoon drinkwater en voedsel. Mensen verblijven buiten, op de velden en onder de bomen. Ze zijn afhankelijk van de hulp van andere mensen op de vlucht of de Tsjadiërs: mannen, vrouwen en kinderen die zelf nauwelijks iets kunnen missen.

Tijdens het naderende regenseizoen verwachten onze teams nog grotere problemen. Als wadi’s (droge rivierbeddingen) en wegen onderlopen, zullen vluchtelingenkampen onbereikbaar worden. Hulp kan de mensen dan niet bereiken. Dat terwijl de kans op dodelijke infectieziektes zoals malaria en cholera juist zal toenemen door het stilstaande en vervuilde water. Meerdere noodhulporganisaties werken met man en macht om zo veel mogelijk mensen te evacueren. Meer hulp is dringend nodig, maar blijft tot nu toe uit. ‘We zijn bang dat de mensen die achterblijven vergeten worden’, zegt Audrey van der Schoot, onze landencoördinator in Tsjaad.

Niet alleen mensen op de vlucht hebben dringend hulp nodig. Ook voor Tsjadiërs zelf dreigt een crisis. Het regenseizoen zal ervoor zorgen dat ook zij geen hulp kunnen krijgen. En nu ze niet meer naar de markt in Soedan kunnen, schieten de prijzen voor voedsel de lucht in. Een zorgelijke ontwikkeling in een land waar al veel mensen lijden aan ondervoeding. Daarbovenop hebben veel inwoners van de grensregio te maken met ziekte-uitbraken, extreem weer en conflicten.

‘We hebben te maken met crisis op crisis’, zegt Audrey. ‘Elke keer dat het geweld oplaait, steken er meer mensen uit Soedan de grens over. Zo komt er ongekend veel druk op de schouders van Tsjaad, dat al verwaarloosd is en weinig financiële middelen heeft. Er is dringend meer noodhulp nodig voor mensen op de vlucht uit Soedan. Dat geldt in gelijke mate voor het oosten van Tsjaad.’

Met de steun van onze donateurs hebben we al bijna 2.000 mensen kunnen helpen. Samen met andere gezondheidsorganisaties behandelen we vanuit onze (mobiele) klinieken kinderen met ondervoeding. Ook bieden we zorg aan patiënten met malaria, diarree en schotwonden. In de eerste drie weken hebben we 1.460 mensen geholpen, en 333 zwangere vrouwen. Maar we zien meer mensen die verschrikkelijke dingen hebben meegemaakt, zoals ontvoeringen en seksueel geweld. Meer hulp is daarom dringend nodig.